Zaterdag 5 maart 2016
Tijdens de adempauze geen blogs, maar alleen wat persoonlijke aantekeningen uit mijn vogeldagboek.
Vandaag samen met Frank van Duivenvoorde en Jaap Engberts voor de vierde keer naar de roodkeelnachtegaal geweest. Het zien van deze prachtige zeldzaamheid verveelt echt nooit! De vogel zong veel minder dan de afgelopen twee keer. Hij was (als gevolg van de koude nacht?) vooral aan het foerageren (twee vage filmpjes van het foerageergedrag: link 1 en link 2)), waarbij hij heel alert op de af en toe verschijnende huiskatten reageerde en zich soms weg liet jagen door twee territoriale merels. De “roodkeel” verdween ook een kwartiertje naar een tuin tussen de Kastanjelaan en Het Achterom waar hij (niet in beeld) wat zat te subzingen. Toffe waarneming weer!
Via de Houtribdijk (Trintelhaven: vijf toppers en elf grote zaagbekken) naar de Flevo gereden. Keersluisplas vier kleumende grote zilverreigers.
Langs de Praamweg: een klapekster, een appelvink, een jagende vrouw blauwe kiekendief, drie overvliegende ooievaars en een ruigpootbuizerd, die wat zat te kleumen boven in een boompje.
Van de Kleine Praambult minstens zeven raven, een slechtvalk die een man wintertaling sloeg, vijfentwintighonderd goudplevieren, pijlstaarten, bonte strandlopers en drie vossen.
Vanaf de Grote Praambult nog eens drieduizend goudplevieren en ver op het nest in de mist twee zeearenden (op de foto is het nest met enige moeite waar te nemen; door de telescoop waren de twee vogels te zien).
Langs de Oostvaardersdijk: veertien nonnetjes. Bij de Pampushaven een topper en een man grote zee-eend.
Het Landje van Geijsel is goed onder andere voor dertienhonderd vijftig grutto’s (waaronder een aantal geringde vogels), vijfentwintig kemphanen, dertig watersnippen en een bonte strandloper.
In Uithoorn bij het “Fort aan de Drecht” de man witoogeend helaas niet kunnen vinden. Wel een ijsvogel.
Tenslotte tijdens deze grotendeels zonovergoten en windstille dag genoten van de overwinterende parelduiker op de Toolenburgerplas in Hoofddorp.